1. Amonis ESG kader
Uitsluiting op basis van product
Aandelen en obligaties van tabaksbedrijven alsook van bedrijven die zich bezighouden met de productie van antipersoonsmijnen, clusterbommen, wapens met verarmd uranium en kernwapens.
Uitsluiting op basis van het productieproces
Bedrijven die directe en onherstelbare schade aan het milieu aanrichten, ondernemingen die voor de vervaardiging van cosmetica dierproeven gebruiken en ondernemingen waarbij de omzet voor meer dan 30 % resulteert uit het gebruik van fossiele brandstoffen.
Uitsluiting op basis van goed gedrag en zeden
Ondernemingen die herhaaldelijk de principes van UN Global Compact schenden.
We sluiten eveneens de staatsobligaties uit van landen die de volgende internationale conventies en convenanten niet toepassen: de conventie over het verbod op chemische wapens, het non-proliferatieverdrag over het bezit van nucleaire wapens, de akkoorden met betrekking tot de rechten van de mens en de 8 conventies met betrekking tot de internationale arbeidsnormen.
Eind 2021 wordt er geschat dat 90% van de portefeuille conform aan het ESG-beleid is. Ondanks de inspanningen in de financiële sector blijft er een gebrek aan standaardisatie van beschikbare ESG-gegevens. Omdat sommige criteria als subjectief kunnen geëvalueerd worden, zal de toepassing van de ESG-politiek gebeuren volgens het “best effort” principe. Amonis OFP begeeft zich al lang op het terrein van het duurzaam beleggen en volgt de evolutie op, maar de problematiek is echter complex en de definitie van ESG-beleggen is niet altijd exhaustief.
2. Integratie van duurzaamheidsrisico's in de beleggingsbeslissingsprocedure
Binnen dit kader, dat door Amonis wordt opgelegd, analyseren de beheerders de inspanningen van de ondernemingen binnen hun portefeuille op het gebied van ESG. Op basis van deze evaluatie wordt bij de keuze van de beleggingen naast economische factoren dus ook rekening gehouden met ESG-factoren bij de waardering van bepaalde beleggingskeuzes. Daarnaast wordt meer en meer een actieve politiek van “engagement” toegepast, waarbij de beheerders als financiële stakeholders van de ondernemingen waarin ze beleggen, samenwerken met het management van de ondernemingen om ESG te verbeteren.
Wat zijn duurzaamheidsrisico’s?
Duurzaamheidsrisico’s worden gedefinieerd als risico’s dat de waarde van een belegging kan dalen ten gevolge van ESG-aspecten. ESG-aspecten zijn elementen verbonden aan: milieu (Environment), sociale aspecten (Social) en aspecten van (deugdelijk) bestuur (Governance).
De effecten van deze risico’s variëren in functie van de tijd:
- Op korte termijn is het duurzaamheidsrisico doorgaans afhankelijk van een bepaalde exogene gebeurtenis. Voorbeelden kunnen zijn een milieuramp met rechtszaken tot gevolg, welke beide een financiële impact hebben op het bedrijf maar ook een grote reputatieschade kan veroorzaken. Het effect van het voordoen van dergelijk risico op de korte termijn is vooral een impact op de waardering van de effecten die al dan niet blijvend is.
- Op lange termijn bestaat het duurzaamheidsrisico uit risico’s verbonden aan ESG die zich op lange termijn kunnen ontwikkelen en bedreigend zijn voor de continuïteit van de bedrijfsactiviteiten. We kijken hier naar risico’s die zich ontwikkelen onder andere ten gevolge van wijzigende wetgeving of consumentenvoorkeur. De aanpak van deze risico’s vergt een meestal ingrijpende aanpassing aan producten en processen (als voorbeeld halen we hier de problematiek rond de duurzame energietransitie aan) welke voor individuele bedrijven ingrijpend kan verschillen met meer of minder risico op toekomstige winsten. Deze aspecten hebben een effect op de langetermijnverwachtingen en de evolutie van de waardering van effecten over de langere termijn.
In alle portefeuilles:
Het investeringsbeleid voor de verschillende portefeuilles integreert belangrijke aspecten met betrekking tot duurzaamheids- en/of milieu-, sociale en governancecriteria in het proces van financiële analyse. De portefeuilles worden bij Amonis gekenmerkt door enerzijds de toepassing van een lijst met uitgesloten investeringen en/of anderzijds de opname in het beleggingsproces van belangrijke duurzaamheidsrisico’s die een invloed op de waardering en het beleggingsresultaat hebben, in plaats van uitsluitend te beleggen in investeringen die gericht zijn op een bepaald duurzaamheidsaspect (bijvoorbeeld groene energie). De uitsluitingen en analyse van de belangrijkste duurzaamheidskenmerken kunnen verschillende aspecten van een bedrijf omvatten, zoals de CO2-voetafdruk, de gezondheid van werknemers en welzijn, beheer van de waardeketen, billijke behandeling van cliënten en governanceprocedures.
Om deze reden zijn de portefeuilles geen portefeuilles die zich uitsluitend richten op duurzame producten of sectoren, maar portefeuilles die in de eerste plaats streven naar een gediversifieerd beheer en optimaal financiële rendement, waarbij duurzaamheidscriteria waarderingsfactoren zijn binnen het actieve investeringsproces die de risico’s voortkomend uit duurzaamheidaspecten beperken. In het beleggingsbeleid houden de beheerders naar best vermogen rekening met het duurzaamheidsrisico. Dit gebeurt op volgende wijze:
- door het definiëren van een uitsluitingsbeleid dat van toepassing is op alle portefeuilles. (Zie hiervoor punt 1)
- daarnaast kunnen de beheerders zelf bijkomende duurzaamheidsaspecten hanteren bij het beheer gebaseerd op uitsluiting, insluiting, best-in-class en engagement en dit volgens hun eigen definities.
3. Er wordt geen rekening gehouden met de ongunstige effecten van de investeringsbeslissingen op de duurzaamheidsfactoren
Op basis van artikel 4, §1 ; b),van de Europese Verordening van 27/11/2019 betreffende informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiële dienstensector houdt Amonis geen rekening met de ongunstige effecten van investeringsbeslissingen op de duurzaamheidsfactoren.
Dat geen rekening wordt gehouden berust op het feit dat de door de Europese Verordening opgelegde graad van transparantie geen rekening houdt met de omvang van de onderneming, de omvang en de aard van haar activiteiten en dat belangrijke investeringen dienen te worden gevoerd om aan de vereisten van de Europese Verordening te voldoen. Amonis past evenwel sinds 2001, en blijft dit doen, eigen ESG-principes toe op de portefeuilles.
4. Geen financiële producten die ecologische of sociale kenmerken promoten of producten met duurzame beleggingen
De producten van Amonis OFP zijn geen financieel producten die met name ecologische of sociale eigenschappen promoten, noch financieel producten die duurzame ontwikkeling tot doel hebben in de zin van Europese Verordening 2019/2088 van 27/11/2019 betreffende informatieverstrekking over duurzaamheid in de financiële dienstensector.
5. Integratie van duurzaamheidsrisico’s in onze vergoedingspolitiek
Ingevolge de inwerkingtreding van artikel 5 van de Europese verordening 2019/2088 van 27/11/2019 betreffende de informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiële dienstensector, houdt dit beleid geen rekening met de risico's op het gebied van duurzaamheid. De beloningscriteria zijn immers niet gekoppeld aan de ESG-criteria opgesteld door Amonis en aan duurzaamheidsrisico's.
Datum van laatste herziening: 23/11/2022